Wat te Doen bij een Epileptische Aanval bij je Hond?

Epileptische aanval hond

Een epileptische aanval bij je hond meemaken is een ingrijpende en vaak beangstigende ervaring. Het kan er heftig uitzien: schokken, schuimbekken, verstijven of het volledig wegvallen van je hond. Toch is het goed om te weten dat zo’n aanval in veel gevallen niet levensbedreigend is. Belangrijker is dat jij als baasje weet wat je wél en níét moet doen op zo’n moment. In deze blog leggen we het stap voor stap uit.

Blijf kalm – ook al is dat moeilijk

Als je hond een aanval krijgt, is jouw eerste reactie misschien paniek of de neiging om hem te helpen door hem aan te raken of vast te houden. Toch is het allerbelangrijkste dat je kalm blijft. Je hond is tijdens een epileptische aanval buiten bewustzijn en beseft niet wat er gebeurt. Aanraking kan dan onbedoeld leiden tot bijtincidenten – zelfs bij de liefste hond.

Raak je hond niet aan

Tijdens de aanval heb je weinig controle over de situatie, hoe graag je dat ook zou willen. Je hond kan onwillekeurige bewegingen maken en zijn kaken kunnen reflexmatig dichtklappen. Vermijd daarom fysiek contact.

Wat je wél kunt doen

Hoewel je je hond niet direct kunt helpen, zijn er wel dingen die je kunt doen om de situatie zo veilig mogelijk te maken:

  • Zorg voor een veilige omgeving: Schuif meubels of scherpe voorwerpen opzij waar je hond zich aan kan bezeren. Als hij vlak bij een muur ligt, kun je eventueel voorzichtig een kussen of opgerolde deken tussen hem en de muur leggen.

  • Houd het rustig: Zet harde geluiden (zoals tv of muziek) uit, demp het licht en voorkom plotselinge bewegingen in de kamer.

  • Blijf bij hem – op veilige afstand: Laat je hond weten dat je er bent door rustig aanwezig te zijn. Praat eventueel zachtjes tegen hem, maar blijf op gepaste afstand.

  • Overweeg om te filmen: Hoe lastig ook op dat moment, een korte video van de aanval kan later enorm waardevol zijn voor de dierenarts. Die kan zo beter beoordelen wat voor soort aanval het was.

Na de aanval: geef rust en ruimte

Na de aanval komt je hond in een zogeheten postictale fase. Dit is de herstelfase waarin hij vaak nog gedesoriënteerd, angstig of zelfs agressief kan zijn. Hij herkent jou of zijn omgeving mogelijk niet direct. Geef hem dan ook alle rust die hij nodig heeft:

  • Laat hem met rust: Vermijd aanraking, ook al wil je hem troosten. Dat kan op dat moment averechts werken.

  • Zorg voor een prikkelarme ruimte: Een stille, donkere plek helpt je hond sneller herstellen.

  • Wees beschikbaar, maar op afstand: Blijf in de buurt en houd hem in de gaten. Als hij actief steun zoekt, kun je er rustig voor hem zijn, zonder opdringerig te zijn.

Wanneer moet je naar de dierenarts?

Bij een eerste, korte aanval die vanzelf stopt en waar je hond goed van herstelt, hoef je meestal niet direct met spoed naar de dierenarts. Wel is het verstandig om binnen enkele dagen een afspraak te maken. De dierenarts zal dan onderzoeken of er een onderliggende oorzaak is, zoals een stofwisselingsstoornis of een neurologisch probleem. Vaak wordt er bloedonderzoek gedaan en soms ook neurologisch onderzoek.

Neem wél direct contact op met je dierenarts in de volgende situaties:

  • De aanval duurt langer dan 3 tot 5 minuten

  • Je hond krijgt meerdere aanvallen binnen 24 uur (cluster-aanvallen)

  • Je hond blijft na de aanval zeer onrustig, sloom of reageert niet goed

  • Hij lijkt het benauwd te hebben, raakt buiten adem of verliest controle over zijn lichaamstemperatuur

Tot slot: bereid je voor

Als je weet dat je hond epilepsie heeft of daar mogelijk gevoelig voor is, is het slim om een plan klaar te hebben. Bespreek met je dierenarts wat je kunt doen als de aanvallen vaker voorkomen, of wat je moet doen in noodgevallen. In sommige gevallen kunnen medicijnen nodig zijn om de aanvallen onder controle te houden.

 Heb je een medische vraag? Download de VETTS app en boek een consult met één van onze ervaren dierenartsen. Zo krijg je snel en eenvoudig de juiste zorg en advies voor je huisdier, waar je ook bent.